In de nacht van 27/28 mei 1944 vertrok een bommenwerpersformatie naar Aken, om het rangeerstation ‘Rothe Erde’ te bombarderen. Blijkens de rapporten van de Britse bemanningen legden de Duitsers een rookgordijn aan, dat soms de doelmarkeerders verduisterde. Toch werd deze missie een succes. De spoorweglijnen, die bij een gelijkaardige raid twee nachten ervoor niet zo erg veel schade opgelopen hadden, werden nu volledig stukgeslagen. Tijdens het bombardement, dat van erg korte duur was, vielen ook bommen op de omringende voorstad Forst. 167 mensen vonden de dood.
Het 514 Squadron opereerde die periode vanop de basis Waterbeach, en zette die nacht tien Lancaster II’s in. Eén van die tien werd bestuurd door een 28-jarige stevige Australiër uit Brisbane, Flight Lieutenant Lloyd Taylor. Hij was bevelhebber van de Lancaster ‘JI-C’ en haar zevenkoppige bemanning die uit vier Britten en drie Australiërs bestond.
De lancaster JI-C stortte brandend neer in de moenebroekstraat te schendelbeke (momenteel Natuurreservaat Moenebroek, beheerd door Natuurreservaten vzw).
Wat er gebeurde de uren en minuten voor de fatale crash op 28/5/1944 te Schendelbeke kon onmogelijk achterhaald worden.
De zevenkoppige bemanning bestond uit vier Britten en Drie Australiers:
*Flight Luitenant Lloyd Taylor — piloot (Brisbane Australie)
*Sergeant Richard Gill –staartschutter (Preston Lancashire)
*Flying Officer Frederik Brearly (Brea) Hill — rugkoepelschutter (Lancashire)
*Keith Thomas — bommenrichter (Australie)
*Pilot Officer Stanley William Newman — radiotelegrafist (Australie)
*Segeant James Frederick Vincent — navigator (Londen)
*Sergeant Alan Roderick — boordmeccano (West-Upper-Mare Somerset)
Alle zeven liggen ze begraven op de begraafplaats van Geraardsbergen. De twee schutters uit Lancashire, Brea Hill en Richard Gill, waren de enigen die een individueel graf kregen. Zij bevonden zich immers in de achterste helft van het vliegtuig, terwijl de vijf anderen dicht bij elkaar, in het neusgedeelte zaten.
de berging van het toestel gebeurede in 1999 en het monument werd ingehuldigd in 2010.