Inleiding:
Het is 14 mei 1940, enkele dagen na de veertiende verjaardag van mijn grootvader Michel Van de Sijpe. Hij woont bij het uitbreken van WWII aan de Gentse Steenweg te Zottegem.
Op deze bewuste dag, stortte op 200 meter van hun woning een Engelse jager neer op de velden aan de Leenhoutstraat.
De dagen na zijn verjaardag en persoonlijke herinneringen in die week zorgden ervoor dat deze datum correct is bijgebleven. Een goede start voor een onderzoek.
Als kind heb ik dit boeiende verhaal een paar keer gehoord. Wat eerst een verhaal was, werd een obsessie.
Ik wou proberen te achterhalen wat er die dag precies gebeurde.
In het volgende verslag kan u de resultaten vinden van mijn zoektocht die toch een aantal jaartjes in beslag nam.
De zoektocht:
Jarenlang verzamelde ik informatie tijdens bezoekjes aan grootvader. Wat in het begin een paar zinnetjes in een notitieschrift waren, werden met de tijd aangevuld met extra informatie en details.
Met de eerste, weinige details, hieronder vermeld, begon ik te zoeken.
Het was 14 mei 1940 rond het middaguur.
– Een Engels jachtvliegtuig met 1 motor.
– Een toestel gevlogen door 1 piloot die de dag erna in het plaatselijk ziekenhuis zou overlijden aan zijn verwondingen.
Daar moest ik het mee doen.
Via de cultuurkring van Zottegem kreeg ik flarden van een oorlogsdagboek in handen, geschreven door Zottegemnaar Omer Coessens. Door hem werd op 15 mei 1940 melding gemaakt van een Engelse piloot die voor verzorging werd overgebracht naar het plaatselijke ziekenhuis. Het originele dagboek lijkt niet meer terug te vinden, dus meer details leverde dit niet op.
Ik besloot een bezoek te brengen aan het Sint-Elisabeth ziekenhuis van Zottegem. Nadat ik mijn onderzoek had voorgesteld kreeg ik inzage in het archief van de oorlogsjaren. Het ziekenhuis bevond zich ten tijden van de oorlog in het Kasteel van Egmont, later de bibliotheek.
Zoals enigszins verwacht, vond ik geen informatie die mij verder kon helpen voor het onderzoek. Waarschijnlijk werd dit voorval verzwegen uit angst voor de bezetter die enkele dagen later in Zottegem aankwam. Ook de nabestaanden van de artsen van dienst op dat moment in 1940, wisten blijkbaar niets af van dit verhaal.
Ik besloot mij te richten op de plaats van de crash zelf. Google Earth, Geopunt en een abonnement op het online archief van WW2 luchtfoto’s in Schotland waren een onmisbare bron van informatie. Aangezien de streek en het wegennet enorm is veranderd de laatste 80 jaar, was het even zoeken en vergelijken maar het was mogelijk om met de beschrijving van grootvader de correcte plaats aan te duiden.
Ik zorgde voor een vergunning voor metaaldetectie en ging op zoek naar de huidige eigenaar van de grond.
Wegens verkeerde informatie en een zoekverbod van de onjuiste eigenaar, duurde het anderhalf jaar vooraleer ik uiteindelijk met toestemming aan het werk kon op het veld.
Ik wist dat de kans op het vinden van grote stukken zeer klein was, aangezien het wrak door de toenmalige landeigenaar werd weggesleept. De vreugde was groot toen de eerste fragmenten bovenkwamen.
Herkenbare voorwerpen zoals gedateerde hulzen, kogelpunten, en andere kleine deeltjes kwamen tevoorschijn op een kleine oppervlakte. Ik wist dat ik goed zat.
In tussentijd raadpleegde ik documentaires in verband met de vliegtuigen uit WW2 en de manier waarop ze werden gebouwd.
Zo kwam op een dag de firma Airframe Assemblies LTD op het eiland Wight in beeld. Ik besloot contact op te nemen met Steve Visard en zijn mening te vragen over de onderdelen die ik vond.
Ik was zeer dankbaar voor zijn snelle reactie en kreeg te horen dat hij aan de hand van een paar kleine onderdelen kon zeggen dat het om een Hawker Hurricane ging. Andere onderdelen werden bevestigd als een stekker van de brandstofmeter, zekeringen, motorkap sluitingen, een borgring, een instrument onderdeel, resten van aluminium en vele kleine deeltjes.
Ik schafte mij toen het boek “Royal Air Force, Fighter command losses”, geschreven door Norman L. R. Franks, aan.
Het was een begin van het overzicht dat ik nodig had.
Alle verliezen van die week in dit type toestel werden in een lijst geplaatst. Met online informatie werd de lijst aangevuld en ieder voorval afzonderlijk onderzocht.
Zo probeerde ik van ieder verlies belangrijke details te vinden en dit op datum in een overzichtelijke tabel te plaatsen. Deze bevat het toestelnummer, de details bekend over de piloot zoals gewond, overleden of gevangen genomen, was het betreffende toestel gevonden of niet, het uur van crash en de streek waar dit gebeurde.
Mijn eerste vermoeden ging uit naar Pilot Officer Appleton en Pilot Officer Sibley.
Beide verdwenen op 14 mei in dezelfde buurt en werden nooit teruggevonden.
Ik besloot mij te verdiepen in deze twee personen.
Ik begon bij Appleton, aangezien bij hem 14 mei als effectieve datum werd opgegeven.
Sibley kreeg in sommige rapporten namelijk de datum 15 mei mee.
De zoektocht naar Appleton was eerder moeizaam.
Zo was er sprake van verschillende toestelnummers, alsook verschillende locaties.
Hierdoor kwam ik in contact met de groep Wings Of Memory, een groep gepassioneerde liefhebbers die de herinneringen aan gevallen bemanning van WW2 levendig houden.
Ik ontdekte dat zij reeds een zoektocht naar deze crash hadden uitgevoerd.
Ik kreeg inzage in hun onderzoek. Het werd snel duidelijk dat de vermoedelijke rustplaats van Appleton toch een zekere afstand uit mijn zoekgebied lag.
Voor Appleton werd een monument opgericht te Lessen, waar hij vermoedelijk gecrasht is. Al bracht archeologisch onderzoek tot op de dag van vandaag nog geen helderheid.
Ik besloot mij nu te richten op Sibley, de andere piloot uit mijn lijst. Volgens bepaalde bronnen werd zijn toestel getroffen door luchtafweergeschut boven Brussel. Ik startte met een onderzoek op internet en vond het nummer van zijn persoonlijk dossier terug in de National Archives te Londen. Dit was enkel ter plaatse in te kijken en kon niet online opgevraagd worden. Ik huurde iemand in om dit voor mij ter plaatse te kopiëren.
Het 60 bladzijden tellende dossier bevatte meer dan ik dacht. Het was emotioneel om de vele brieven van en naar de ouders te lezen. Zij gaven de zoektocht naar hun zoon niet op.
Zo werden er ook regelmatig brieven gestuurd naar het Rode Kruis, hopend op nieuws.
Er werd zelfs geïnformeerd aan Duitse kant met de vraag of hij niet gevangen genomen was.
Uit volgend document uit 1946 blijkt hoe moeilijk het was om iedere verdwijning te onderzoeken.
Het bericht ontvangen dat je zoon of man nooit meer terugkomt… Het was de harde werkelijkheid.
Pilot Officer Samuel Antony Compton Sibley geboren op 27 maart 1920, servicenumber 33549 van 504 SQN zou nooit meer terugkeren.
Dankzij zijn vader met functie van Squadron Leader*, konden toch zijn medevliegers van die dag gehoord worden.
Door hun verklaring bevatte het dossier het volgende plannetje.
Volgens zijn medepiloten had hij het toestel nog tamelijk onder controle bij verlaten van de formatie.
Het plannetje schatte, aangeduid met de stippellijn, de omgeving waar P/O Sibley het toestel aan de grond zou kunnen zetten met de schade, opgelopen door het luchtafweergeschut.
De afstand van Brussel tot op de plaats van de crash is 28km ( 17,5 miles). Deze afstand legde het toestel af op minder dan 4 minuten.
Zottegem en de velden van de Leenhoutstraat, gemarkeerd met rode kruis, liggen amper een paar seconden vliegen buiten de cirkel op de kaart.
*Squadronleiders zijn de laagste officieren die een commandovlag mogen voeren. De vlag kan worden afgebeeld op het vliegtuig van de officier of, als de squadronleider het bevel voert, kan de vlag worden gehesen vanaf een vlaggenmast of als autovlag op een officiële auto worden getoond.
Verder bevatte het dossier ook het volgende document en het opgravingsrapport van een Pilot Officer op Rosières Kerkhof. In 1952 werd door bepaalde kenmerken tijdens de opgraving aangenomen dat dit om het graf van Sibley zou gaan. Het lichaam werd overgebracht naar de militaire begraafplaats van Heverlee en kreeg tot op heden nog geen officiele naam toegekend.
Bezoek aan het naamloze graf op de militaire begraafplaats van Heverlee in de zomer van 2022.
Uit later contact met CWGC ( Commonwelth War grave Commission ), zou blijken dat verder onderzoek in de jaren ‘90 een negatieve match zou opleveren tussen Sibley en dit graf in Heverlee. Waar zijn lichaam zich de dag van vandaag bevindt is niet bekend. Ik vermoed dat dit op Zottegemse bodem is achtergebleven.
Met zijn persoonlijk dossier uit het National archive Londen, liet ik ook het Squadronlogboek (504 SQN) kopiëren. Dit is een lijst waarin alle vluchten, vluchturen, piloten en toestelnummers per dag worden bijgehouden.
De meeste gegevens tussen 11 en 22 mei 1940 gingen verloren door het overhaast terugtrekken naar Duinkerke in die periode.
Mijn verwondering was groot toen ik achteraan het dossier een handgeschreven verslag ontdekte. (zie volgende afbeelding)
Voor mij het bewijs dat Sibley op 14 mei crashte en niet op 15 mei zoals in sommige bronnen werd vermeld.
Verder onderzoek in plaatselijke archieven, begrafenisregisters, buurtonderzoek, Royal Air Force 504 SQN en uren speurwerk brachten tot op de dag van vandaag, nog geen nieuw bewijs.
Aangezien er nooit een spoor van de piloot en het toestel gevonden is, wordt P/O Sibley herdacht op the Runnymede Memorial.
Uit dit onderzoek en de bekomen bewijzen, vermoed ik dat Pilot Officer S.A.C Sibley van 504 SQN RAF op 14 mei 1940 opsteeg op Debden airfield en een verkenningsvlucht maakte in de omgeving van Leuven. Bij Brussel werd zijn toestel geraakt door luchtafweergeschut. Hij verliet zijn formatie en probeerde zichzelf en zijn toestel in veiligheid te brengen in toen nog onbezet gebied. Rond 12u30 volgens het officiele rapport en 11u30 lokale tijd, wist hij zijn zwaar beschadigde toestel in de velden aan de Leenhoutstraat te Zottegem aan de grond te zetten.
Momenten na de crash werd hij door buurtbewoners zwaar gewond en met brandwonden aangetroffen op 200 meter van het vernielde toestel.
Nadat hij duidelijk had gemaakt dat hij Engels was, werd hij overgebracht naar het plaatselijk ziekenhuis waar hij de dag erna is overleden aan zijn verwondingen.
Wat er na zijn overlijden is gebeurd en waar zijn laatste rustplaats zich bevind kon tot op heden nog niet achterhaald worden.
Onderzoek door Peter Van de Sijpe Zottegem BE zottegeminoorlog@outlook.com
© Peter VDS
No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording, or otherwise, without the prior written permission of the rights holder.